Categoriearchief: Artikels

vinkenklapke opgemaakt in maart + artikel in avibo 2016

vinkenklapke

De dagen beginnen te lengen en de vinkenkooien geraken stilletjes aan terug bewoond.Iedere liefhebber kijkt al rijkhalzend uit naar het nieuwe seizoen.De winter laat nog zijn laatste winterprikken op ons los , dat het maar snel terug lente is.Grote hoop wordt terug  gekoesterd in  opkomende beloften  en bestaande toppers , zullen ze het komend seizoen al dan niet hun favorietenrol waar maken of bevestigen  , wie weet.Dat is net het leuke aan de vinkensport, blijven proberen om toch ooit een topper in je bezit te hebben..Ik kijk er al terug naar uit om met mijn vinkskes terug naar de reke te trekken.Het gezellige nakeuvelen na de zetting tussen pot en pint , daar worden  ook veel eerste gespeeld.

Laat me mezelf even voorstellen , ik ben johan lamon en ben nu al zo een 23jaar bezig met de vinkensport met ups maar vooral veel downs.Het tweede jaar dat ik met de vinken speelde in 94 speelde ik kampioen in onze maatschappij de blauwbekken in  Nokere  met een gemiddelde van om en bij  de 400 liedjes.Zo had ik wat goeie jaren  waar ik af en toe eens een prijsje speelde maar vooral ook veel mindere jaren waar menige blanco regels werden achtergelaten op de zettingen.Toch gaf ik nooit de moed op en af en toe kreeg ik eens een vink van mijn schoonbroer  of van vrienden zodat ik toch af en toe eens een prijsje speelde.Echte toppers heb ik eigenlijk nog niet in mijn bezit gehad.De laatste 3 jaar mag ik eigenlijk niet echt klagen ik heb er een 3 tal die boven de 400 zingen.

Een van die vogels kreeg ik een 4-tal jaar geleden vogel Firmin  van een familiant aan de kant  van mijn vrouw .Een zeer goed vinkenier en een aimabel man die al menige toppers onder zijn hoede heeft gehad.Het eerste jaar dat ik die vogel had zong hij steeds rond de 360-400 liedjes , ik had wel al opgemerkt dat hij met momenten sneller kon zingen.De vogel stond buiten in een bak tussen andere vinken en zong de ganse dag door.Het jaar daarop hadden we verbouwd en kreeg ik een ingeving voor  een mooi plaatsje voor vogel firmin , ik plaatste hem alleen aan de porte-fenetre in de keuken.De eerste malen dat ik er mee ging spelen in april want hij is steeds vroeg aan haalde hij 270 de volgende keer 290 op half uur.Het seizoen vorderde en op een uur haalde hij mooie uitslagen van steeds boven de 500 zelfs 1 maal 619 liedjes .Ik was tevreden van mijn seizoen en ook tevreden dat ik een plaatsje had gevonden waar Firmin toch mooiere getallen haalde.de winter daarop was vogel firmin goed uitgeruid en was het moment terug aangebroken om hem in te kooien.Bij het reinigen en knippen van zijn nageltjes was hij zodanig aan het wrikkelen dat hij zich had losgemaakt en was gaan vliegen , ik moet zeggen het vliegen ging hem nog goed af  tot op het moment dat hij naar de ruit dook en ertegenaan knalde , baf en op de grond… Mijn hart stond stil , ik dacht dat kan niet waar zijn hé , hij zal dood zijn. Hij lag roerloos op de grond maar had wel nog zijn ogen open.  Ik plaatste hem met een klein hartje terug in zijn kooi en ging die dag regelmatig kijken. Het uur erop zat hij al recht op de grond en 2 u later zat hij op zijn stokken.Oef dacht ik dat is nog goed afgelopen. Dat seizoen werd hij dus terug op zijn plaatsje geplaatst in de keuken. Zijn resultaten vielen echter  serieus tegen , haalde amper 400 liedjes en was zijn snelheid kwijt. Die knal met zijn kop tegen de ruit zal er wel voor iets tussen gezeten hebben. Het daaropvolgende  seizoen 2015 startte en Firmin schoot verbazend genoeg terug uit zijn startblokken zoals voorheen.De tweede week van april liet hij al 498 liedjes optekenen. De week nadien deed hij er nog een schepje bovenop 630 liedjes goed voor een tweede plaats. Ik was blij de oude Firmin was terug, zo speelde hij nog verscheidene keren boven de 500. Resultaat tevreden baasje die geregeld met een prijsje naar huis kon keren. Dit jaar is Firmin terug zoals andere jaren op het weekend van valentijn ingekooid en momenteel is het nog wachten tot hij zijn eerste liedjes laat horen. Laat ons hopen dat we weer geregeld een prijsje kunnen spelen , ook ga ik langzaamaan moeten beginnen kijken voor een opvolger  want vogel firmin is van het jaar 2008 en kweekelingen zijn  gemiddeld geen al te lang leven beschoren. Zo heeft iedere liefhebber wel eens een  speciale vink zitten denk ik waar hij bepaalde herinneringen en goede en slechte  ervaringen mee heeft gehad. Nog een goeie maand geduld en dan start het terug kijk er al naar uit. Als vriend  en als vinkenier wens ik iedereen een fantastisch speelseizoen toe.

Johan lamon

in memoriam Roger Wehaege

In memoriam

johan lamon 3-05-2014 018

Roger Van Wehaege

 

In november 2014 verloren wij van de maatschappij De Blauwbekken Nokere een belangrijk persoon. Het bestuur en alle leden waren er echter niet goed van toen wij het nieuws hoorden dat onze secretaris Roger Van Wehaege overleden was op reis in Egypte. Roger was iemand die verschillende functies als secretaris vervulde voor onze  maatschappij De Blauwbekken. Hij gaf het startsein en eindsignaal van onze vinkenzettingen, maakte de prijslijst tijdens de zetting en zorgde dat de bloemen op tijd in het lokaal aanwezig waren. Zelfs tijdens de winter zat Roger niet stil want dan maakte hij de bondskaarten klaar voor het volgend seizoen en bracht alles in orde voor AVIBO. Nu hij er niet meer is weten wij wat voor werk Roger allemaal verrichte voor de maatschappij. Dit jaar is onze eerste zetting op 26 april 2015 in ons lokaal Het Handelshuis-Nokere, het zal ons raar doen. Maar één ding weten we zeker: om 9 uur zullen wij allen eens naar boven kijken en aan Roger denken.

 

 

Jordi vanhouteghem ,

De blauwbekken nokere

 

bloedmijt of bloedluis

De bloedmijt is er en zal er altijd wel blijven, maar dat neemt niet weg dat we deze ongewenste bezoeker heel goed kunnen bestrijden. Meestal als we ze opmerken zijn ze al heel talrijk aanwezig en moeten we dus maatregelen gaan nemen om ze te verwijderen. Maar het komt er vooral op neer om te vermijden dat ze zich gaan nestelen en vermeerderen.

Vooraleer we nu met geweren, spuitbussen en poeders ten strijde gaan trekken, gaan we toch heel even dit beestje van dichtbij bekijken. Het is namelijk belangrijk te weten hoe deze diertjes leven, zich voortplanten en vooral waar ze zich het liefst schuilhouden. Mijnheer Dermanyssus Gallinae is de werkelijk naam van onze vriend, maar hij wordt toch liefst aangesproken met bloedmijt. Vooral het woord bloed is hier heel belangrijk, omdat tenslotte heel het leven van deze mijt daarom draait.

Een vrouwelijke bloedmijt is ongeveer 1 mm groot, donkerrood van kleur en heeft niet minder dan acht poten. Mannetjes daarentegen zijn tot driemaal kleiner en zijn vooral smaller in omvang. De levensduur van een bloedmijt is gemiddeld vijftien dagen, maar als de temperaturen erg laag zijn, kunnen ze gemakkelijk vijftig dagen en meer oud worden. Eieren daarentegen kunnen zelfs maanden overleven en zullen pas uitkomen als de temperaturen het meest gunstig zijn.

Vanaf het ogenblik dat de mannetjes hun eerste voeding hebben gehad, gaan ze al op zoek naar een vrouwelijke partner om te paren. Het enige unieke aan deze vervelende beestjes is dat zij zelf kunnen bepalen welk geslacht hun nakomelingen zullen hebben. Vrouwelijke bloedmijten die zich nog niet gevoed hebben, zullen enkel vrouwelijke nakomelingen hebben. Dus als er mannelijke nakomelingen zijn, hebben ze logischerwijs een bezoekje gebracht aan een van onze vogels. Een vrouwelijke bloedmijt kan zelfs tot vijftien maal haar eigen gewicht aan bloed opnemen.

Een vrouwelijke bloedmijt kan in haar leven gemakkelijk tot vierhonderd eitjes leggen, afhankelijk van hun leeftijd en hun leefomstandigheden. Hun woonplaatsen zijn zowel te vinden in volières en broedkooien als nestgelegenheden. Het hoeft zelfs niet van hout te zijn, want ze kunnen zich eveneens verschansen in de kieren en naden van een aluminium kooi of geraamte.

Het zijn nachtdieren en ze zorgen er dus voor dat onze vogels geen goede of onvoldoende nachtrust hebben. Tijdens hun tocht gaan ze op zoek naar hun slachtoffer, kruipen via de poten omhoog en zuigen dan door middel van een speciale zuigsnuit bloed af. Een volwassen vogel zal niet direct sterven, maar nestjongen zullen het wel heel moeilijk krijgen om deze nachtelijke aanvallen dag na dag te trotseren.

Bloedmijten vinden vooral temperaturen van gemiddeld 25 °C schitterend en met een luchtvochtig van 80% zijn ze echt in hun nopjes. Maar dat betekent niet dat hogere of lagere temperaturen deze diertjes zullen verhinderen zich voort te planten. Alleen temperaturen boven de 40 °C en lager dan 3 °C zijn dodelijk voor bloedmijten. Uitgezonderd de eieren, want die blijven intact en komen uit als de omstandigheden weer ideaal zijn.

Vooraleer een bloedmijt een echte bloedmijt wordt, moet deze wel eerst enkele stadia doorlopen. Als larve worden ze geboren en dit blijven ze gedurende twee dagen. Je kan ze dan nog niet waarnemen omdat ze erg klein zijn en kleurloos. Na twee dagen krijgen onze larven een harder uiterlijk en dragen vanaf dan de naam nimf. Als nimf kunnen ze tot tien dagen rondzwerven en zoeken ze een eerste slachtoffer om bloed af te nemen. Na deze eerste bloedvoorziening gaan ze weer een veilige plaats opzoeken om over te gaan tot een volgende nimffase. Door het opgenomen bloed zijn ze nu donkerrood en kunnen zich nog nauwelijks verplaatsen. Dat zijn dus de rode stippen die je dikwijls ziet in en op nestgelegenheden. Nu wordt ons exemplaar volwassen en is dan ook in staat om zich te gaan voortplanten.

Hoe stel je nu vast of je eigenaar bent van een kolonie bloedmijten? Wel, dat is eenvoudig: wrijf met je hand dagelijks over de binnen en buitenkant van je nestgelegenheden en als je rode sporen opmerkt tijdens het wrijven, is het zover. Controleer in volières ook de uiteinden van zitstokken, of kleine openingen tussen twee aan elkaar gemonteerde panelen. Je kan ook een wit papier nemen en tussen deze spleten wrijven. Als er bloedmijten aanwezig zijn, zal het papier rood verkleuren van het bloed. Ook houders van drinkflessen, eetpotjes en dergelijke die bevestigd worden aan tralies en draad zijn plaatsen die geschikt zijn om bloedmijten een onderkomen te geven.

Het is ook héél belangrijk om te weten dat bloedmijten niet alleen bloed afnemen, maar ook grote verspreiders zijn van uiteenlopende ziekten en huidaandoeningen. Dit komt doordat ze ook in contact komen met andere dieren die in het wild leven. Muizen en ratten, welke toch bekend staan om de velen ziekten waar ze drager van kunnen zijn, zijn een van de vele transportmiddelen voor bloedmijten. Verder zijn transportkooien of tentoonstellingkooien ook ideale transportmiddelen voor de bloedmijten. Het behandelen van dergelijke kooien is dan ook meer dan een must. Hoewel bloedmijten zelden op een vogel blijven zitten, is de kans zeker niet onbestaande dat ze via een nieuwe aankoop in je bestand terechtkomen.
Als je merkt dat verschillende vogels dik zitten, is het toch best om eens grondig te kijken of er geen bloedmijten aanwezig zijn. Vogels die verschillende dagen of weken last hebben van bloedmijten zien er doorgaans futloos en mager uit, en als niet tijdig wordt ingegrepen, zullen ze ook sterven.

Best is natuurlijk om er voor te zorgen dat we geen bloedmijten kunnen krijgen in onze vogelruimte, en daar ligt dan toch een grote verantwoordelijk van de liefhebber zelf. Nestgelegenheden moeten voor het kweekseizoen grondig gereinigd worden en worden behandeld met een product dat bloedmijten vernietigt. Na ieder kweekseizoen kuist iedereen sowieso zijn nestgelegenheden grondig uit, en de weinige die dat niet doen zouden nu wel een beetje rood moeten worden tot achter hun oren.

Ik heb dit jaar mijn nestgelegenheden eens gereinigd met Cillit Bang, gewoon al om te testen of hun reclame dat ze hardnekkig vuil verwijderen klopt. Wel, dat zorgt er inderdaad voor dat de wanden aan de binnen- en buitenzijde in een oogwenk proper zijn. Het is natuurlijk niet bewezen dat dit product daadwerkelijk bloedmijten vernietigd maar dat is ook niet de bedoeling. Dus binnenkort niet verwonderd zijn als je mij op TV ziet om vertellen hoe je met dit product nestgelegenheden kan reinigen.
Welk product je voorkeur ook geniet speelt geen rol, belangrijk is dat je de nestgelegenheden allemaal heel grondig reinigt. Dettol wordt ook door velen aangewend, maar weet dat dit product geen bloedmijten doodt, maar enkel een ontsmettend middel is. Dettol dient om infecties van huid en wonden te voorkomen. Het bestrijdt wel verschillende soorten bacteriën en tast de celwand van deze bacteriën aan, waardoor ze afsterven. Maar bloedmijten uitschakelen: nee, helaas niet.

Ik heb wat onderzoek verricht naar verschillende middelen die funest zijn voor bloedmijten en kwam vooral tot de conclusie dat de goede degelijke middelen, die al jaren op de markt waren, nog maar heel sporadisch verkrijgbaar zijn. De meeste van deze producten zijn door de overheid verboden omdat ze ofwel schadelijk zijn voor de mens, of dat ze niet over de nodige aantekeningen of bijsluiters beschikken. Maar wat in België verboden is, mag dan weer wel in Nederland en omgekeerd. Enfin, wie zoekt die vindt, zou ik zeggen. Volgende producten zijn, of beter gezegd waren, zeer goed, maar zijn beperkt tot niet meer verkrijgbaar. Een eerste product dat vooral bij de duivensport bekend staat om bloedmijten te doden is U3. Hiermee kan je de nestkasten en kweekkooien instrijken, maar er wordt wel aangeraden om de eerste drie weken geen vogels in de kooien te zetten. U2 daarentegen is geschikt voor vogels in het algemeen en hier hoeven de vogels niet van locatie te veranderen. Je kan er dus gerust de nestgelegenheden mee behandelen zonder de vogels af te zonderen. Alleen zijn beide producten steeds minder en minder beschikbaar vanwege het verbod op gebruik. Een ander product dat ook prima werk levert is Ardap, maar ook hier is de beschikbaarheid echter beperkt door het verbod erop. Als laatste is er dan nog het bekende Océpou poeder dat nadat het vermengd is met water in de nestgelegenheden aangebracht kan worden. Na aanbrengen droogt het terug op en bloedmijten die dan door de Océpou kruipen sterven na enige tijd?

Belangrijk is toch dat deze producten gebruikt worden voor de start van het kweekseizoen en niet als de eerste bloedmijten ontdekt zijn. Nestgelegenheden die bijvoorbeeld met U3 of U2 behandeld zijn, zorgen er toch voor dat deze gemiddeld zes maanden vrij blijven van ongedierte. De hoger vermelde producten zijn een voor een degelijke verdelgers maar aangezien deze stoffen soms ook schadelijk zijn voor mens en dier werden deze uit de handel genomen. Sommige zijn voorlopig nog wel te verkrijgen maar daar kunnen we niet eeuwig gebruik van maken en dus is het uitkijken naar alternatieve middelen.
De nieuwe generatie producten zijn middelen die vooral de bedoeling hebben om de bloedmijten te verjagen of hun zenuwstelsel zodanig aan te tasten dat ze hun omgeving gaan verlaten. Nog andere producten zorgen ervoor dat hun mobiliteit wordt verhindert waardoor ze geen voedsel kunnen opnemen en dus enige tijd later sterven. Volgende producten zijn vrij te verkrijgen in de meeste dierenspeciaalzaken maar er zijn wellicht nog andere merken.
Decimite is een gebruiksklare spray voor de bestrijding van de bloedmijt in vogelkooien, duiven- en kippenhokken. Decimite werkt uitsluitend fysisch, bevat geen enkel insecticide en wordt verstoven op alle oppervlakken, spleten en holten waar bloedluizen zich kunnen bevinden. Na verdampen van het vocht blijft de werkzame stof achter, die zich vasthecht aan de poten van de bloedluizen, waardoor die worden geïmmobiliseerd. De bloedluizen kunnen het gevogelte niet meer bereiken en sterven af.
Pronafit zijn tabletjes die, nadat ze in brand worden gestoken, een typische kruidengeur afgeven. Deze rookkuur zou goed zijn voor het ontdoen van parasieten, muggen, motten, luizen en dergelijke. Verder heeft dit ook een positieve werking op de luchtwegen. Dit middel wordt vooral gebruikt bij de duivenliefhebbers. Meer uitleg vind je op de website van Pronafit.
BioKill is effectief tegen kruipende insecten en wordt aangebracht in kieren, spleten, voegen en hoeken. De insecten die in rechtstreeks contact met BioKill komen, zullen gedood worden, andere insecten worden verdreven door de ondraaglijke irritatie van hun zenuwstelsel. Hierdoor worden nieuwe besmettingen wekenlang verhinderd.
Travipharma werkt vanuit het dier zelf. Het wordt opgenomen in het bloed, waardoor ongedierte dat op de vogel leeft, zal sterven.
Poultry Para Guard lost de nesten van de bloedluizen op en ‘spoelt’ ze weg. Bloedmijten die in aanraking komen sterven, maar eens het product opgedroogd is, heeft het geen dodende werking meer.
Diatom wordt ingezet in de broedplaatsen en hierdoor wordt de broedende vogel gedurende de hele broedperiode beschermd. Ook kan Diatom over kuikens of jonge vogels worden gestrooid om deze te beschermen tijdens de kwetsbare periode van de eerste levensweken. Diatom is werkzaam zolang het aanwezig is.
Ectospray is een natuurproduct dat eveneens bloedmijten bestrijdt en dat éénmaal om de vier weken wordt aangebracht.
Anti Vampire: werkt goed tegen bloedmijt en is een veilige spray voor vogels. Heeft een langdurige werking en verspreidt een frisse geur. Zelfs muggen en vliegen zouden wegblijven. Belangrijk bij al deze producten is dat men de bijsluiter heel goed leest en de behandeling juist toepast.
Andere alternatieven die ook kunnen bijdragen om het mogelijk verblijf van bloedmijten te verhinderen, zijn boerenwormkruidaftreksel, tabaksstelen, kamillebloemen en knoflook Met deze middelen ga je een uitputtingsslag aan met de bloedluizen, en het effect daarvan zie je pas op lange termijn. Dit is misschien wel haalbaar buiten het kweekseizoen, maar tijdens de kweek niet echt aan te raden.
Iemand liet mij weten dat dille en venkel ook doeltreffend zijn tegen bloedmijten. Deze persoon legt gedroogde dille en venkel in de nestgelegenheden gedurende de periode dat deze nestgelegenheden niet gebruikt worden. Dit heeft als gevolg dat de nestgelegenheden een bepaalde geur hebben die ervoor zorgt dat de bloedmijten op afstand blijven. Die persoon was op dit idee gekomen doordat zijn kippen zich telkens tegen deze planten gingen wrijven als ze last hadden van bloedmijten. Verder wist iemand ook te zeggen dat zout water iets is waar bloedmijten ook een hekel aan hebben. Bloedmijten zijn nachtdieren en gaan op de geur af om hun slachtoffers te vinden. Door dus gebruik te maken van deze alternatieve methodes wordt hun reukvermogen erg in de war gestuurd, zodat ze moeilijker hun slachtoffers kunnen vinden of bereiken. Welke middelen ook gebruikt worden alles moet wel in combinatie zijn van een degelijke hygiëne en een constante bestrijding van alle mogelijke ongedierte die zich toegang kunnen verschaffen tot de leef en kweekruimte van de vogels. Verder helpt bij vaststelling als er bloedmijten zijn om eens met een gasbrandertjes langs kieren en spleten te gaan waardoor deze bloedzuigende vampiertjes verbrandt worden. Hier hoeft wel gezegd te worden dat dit met de grootste voorzichtigheid moet gebeuren zodat we niet de krant halen doordat de vogelruimte in de vlammen is opgegaan.
Een totaal nieuw middel tegen bloedmijten is het gebruik van Dutchies. Dit zijn eigenlijk roofmijten die ook in de vrije natuur leven. Ze voeden zich met allerlei ongedierte zoals larven van muggen, verschillende soorten mijten en dus ook de bloedmijt. Deze Dutchies worden meestal aangekocht als ze nog in het ei zitten en worden dan op een plaats gelegd in de omgeving van bloedmijten. Na enkel dagen komen deze mijten uit en na enkele vervellingen worden het uiteindelijk roofmijten. In dit stadium trekken ze op rooftocht naar bloedmijten.

Gemiddeld eet een roofmijt vijf bloedmijten per dag, en dus vraagt het ook hier wat tijd om de bloedmijten volledig uit te roeien. Maar deze roofmijten gaan zich nu ook volop voortplanten, zodat de strijd tegen de bloedmijten alle dagen zal toenemen. Tijdens de eerste dagen zal je wel merken dat er meer en meer bloedmijten zichtbaar zullen zijn. Maar dit komt doordat de roofmijten de bloedmijten verjagen uit hun rustplaatsen. Uiteindelijk winnen de roofmijten de strijd en als er geen bloedmijten meer voorhanden zijn, zullen zij andere organismen gaan oppeuzelen, desnoods beginnen ze hun eigen soort te verorberen. Indien er helemaal niets meer voorhanden is, zullen ze op den duur helemaal uitsterven. Het staat wel vast dat deze roofmijten helemaal geen contact zoeken met onze vogels en dus ook niet voor nog meer ongemakken zorgen. Bloedmijten moeten niet alleen bestreden worden tijdens het kweekseizoen, maar eigenlijk het ganse jaar door. Als je volgende punten goed in acht neemt, dan is de kans klein op bloedmijten :

  1. aangekochte van kooien of andere gebruiksvoorwerpen die gestockeerd stonden in de omgeving van vogels of andere dieren, eerst grondig kuisen en behandelen tegen bloedmijten, vooraleer je die bij je vogels zet.
  2. indien je deelneemt aan een tentoonstelling is het best om je TT kooien aan de buitenzijde te behandelen met een middel tegen bloedmijten.
  3. na deelname aan een beurs de lopers en andere kooien grondig uitkuizen.
  4. aangekochte vogels niet onmiddellijk bij je bestand plaatsen, maar behandelen tegen ongedierte.
  5. ongedierte zoals muizen en ratten bestrijden daar deze dikwijls als gastheer fungeren voor bloedmijten.
  6. nestgelegenheden voor het kweekseizoen behandelen tegen bloedmijten en rekening houden met de duur dat het product actief is.
  7. na de kweek de nestgelegenheden grondig reinigen en pas wegzetten als ze behandeld zijn met een middel tegen bloedmijten.
  8. regelmatig preventief controleren op bloedmijten.
  9. indien bezoekers langs komen met kooien of dergelijke deze voorwerpen niet toe laten in je vogelaccommodatie.
  10. begrip hebben als iemand strikte regels volgt betreffende hygiëne en ongedierte.

kweken in bakken

  • de klassieke kanariekweekbak met de afmetingen 1(L) x 0,40(B) x 0,40(H) meter en voorzien van de mogelijkheid om in het midden een tussenschot (in traliedraad van 22 mm) te plaatsen is het ideale formaat.
  • Plaats als het kan de kweekbak boven uw eigen gezichtsveld. Als de broedende pop van uit de hoogte op u neerkijkt zal zij zich veiliger voelen en zich beter in het nest verstoppen. Broedende poppen in lager geplaatste bakken zullen hun nest vlugger verlaten, dit heb ik zelf meermaals aan de lijve ondervonden.
  • Schuwe poppen die als gek in de kweekbak heen en weer fladderen zijn waardeloos voor de kweek in bakken.
  • Geef indien mogelijk de voorkeur aan poppen die gekweekt zijn in bakken.
  • Indien deze niet beschikbaar zijn lukt de kweek met anderen ook, maar plaats deze maanden voor aanvang van de kweek in de kweekbak, dit om hen vertrouwd te maken aan deze beperkte ruimte. Maak hen zo vertrouwd mogelijk met u als hun verzorger. Verwen hen met allerlei snoepproducten zoals eivoer, pinkies, buffalowormen, snoepzaad enz., maar overdrijf niet in hoeveelheid met deze.
  • Plaats nestgelegenheden langs weerszijden binnen en buiten de kweekbak en laat hen zelf hun nest uitkiezen. Geef een ruime keuze aan het gepaste nestmateriaal.
  • Persoonlijk gaat mijn voorkeur naar de kweek per koppel. Laat de man steeds binnen het gezichtsveld van de broedende pop. Als de pop bvb aan de rechterzijde van de kweekbak nestelt, verwijder bij aanvang van het broeden de kweekman naar de andere zijde van de kweekbak door de middenschuif (in tralienetwerk) in de kweekbak te plaatsen.
  • De broedende pop wordt met rust gelaten en ziet verder haar man en is best in staat om haar jongen alleen op te voeden. Eenmaal dat de jongen het nest verlaten hebben verwijdert u de tralieschuif. De man zal de jongen onmiddellijk helpen voederen en die taak enkele dagen later volledig op zich nemen terwijl de pop aan een volgende kweekronde begint.
  • Verwijder bij een volgende broedronde de man samen met de jongen door opnieuw de tralieschuif te plaatsen. De man zal zich verder om de jongen bekommeren tot deze zelfstandig zijn en de pop kan opnieuw ongestoord verder broeden.
  • Eenmaal de jongen zelfstandig en van hun ouders verwijderd zijn, laat u de jongen tot na de jeugdrui in dezelfde kweekruimte en binnen het gezichtsveld van hun ouders. Hen vroegtijdig verplaatsen naar een andere ruimte is soms de oorzaak van stress of sterfgeval.
  • Maak van uw pop(pen) geen robot, twee tot maximaal drie kweekronden zijn meer dan voldoende.
  • Leer uw kweekvogels tijdig hun toekomstig opfokvoer eten en verander niet steeds van voeding of voedermethode.
  • Geef voldoende aandacht aan een ruime keuze van voeding. Een te eenzijdige voeding bezorgt u zwakkere jongen. Vitaminen zijn onmisbaar tijdens de kweek.
  • Gebruik niet onbezonnen allerlei medicatie of kwakzalver middelen, dit is om miserie vragen. Wondermiddelen bestaan niet. Gezonde vogels hebben alleen een perfecte verzorging nodig.
  • Kweek enkel met kwaliteitsvogels die in een perfecte conditie verkeren.
  • En als laatste tip: Geduld en nog eens geduld en volharding beoefenen. Botvinken kweken in bakken is geen lachertje, maar de aanhouder wint.

 

PERLE MORBIDE

10906369_821067477931872_5597722457604102244_n

kampioenschap van Belgie 2014 AVIBO in het gewest IEPER.

MEER DAN DUIZEND VINKENIERS ZAKKEN OP 29 JUNI AF NAAR WESTHOEK

 

BK Vlaamse Vinkenzang in teken van WOI

 

Het gewest Ieper is klaar voor het Belgisch Kampioenschap Vinkenzang. - Foto Thomas De Conseth

Het gewest Ieper is klaar voor het Belgisch Kampioenschap Vinkenzang. – Foto Thomas De Conseth

De baan van Boezinge richting Merkem wordt op zondag 29 juni het terrein voor het nationaal kampioenschap Vlaamse Vinkenzang. Meer dan duizend vinkeniers blazen er verzamelen met hun prijsbeesten en hopen dat hun vink het meeste aantal liedjes fluit.

THOMAS DE CONSETH

De Algemene Vinkeniersbond organiseert op zondag 29 juni het nationaal kampioenschap Vlaamse vinkenzang. Het gewest Ieper neemt dit jaar de organisatie van het evenement op zich. Raphaël Claeys is aangeduid als hoofdverantwoordelijke. “Het gewest Ieper bestaat uit vijf maatschappijen: K.M. Kaaivink Ieper, K.M. Ijzervink Boezinge, K.M. Poelvink Poelkapelle, KM Sint-Philippe Vlamertinge en KM De Vrijbosvink Langemark. De organisatie van het Belgisch kampioenschap vindt dit jaar plaats in de Westhoek naar aanleiding van de honderdjarige herdenking van WOI.”

 

De wedstrijd vindt plaats op de baan van Boezinge richting Merkem. “We hebben nood aan voldoende huisvesting om alle deelnemers op te vangen. De straat wordt verkeersvrij gemaakt vanaf zes uur ’s morgens. De wedstrijd begint pas om 9 uur, maar de eerste deelnemers komen al toe om half 7. We verwachten meer dan duizend vinkeniers, maar het precieze aantal zal afhangen van de weersomstandigheden. Slecht weer zou een nachtmerrie zijn voor ons, maar dat is nog nooit voorgevallen tijdens een kampioenschap.”

 

De regels zijn eenvoudig. “De vinkeniers zitten op 2,4 meter van elkaar”, legt Claeys uit. “De bedoeling is simpel: je vink moet het meeste aantal liedjes fluiten. Per liedje wordt een streepje getrokken. Om de tien minuten moet de vinkenier een kooi naar rechts opschuiven om de liedjes van zijn buur te tellen. Topvogels kunnen meer dan duizend liedjes fluiten in een uur. Dat is zowat om de drie seconden een suskewiet.”

 

Het is dit jaar de 54ste editie van het Belgisch kampioenschap. Heel wat mensen werken mee aan de organisatie ervan. “Zowat honderd vrijwilligers helpen mee”, weet Raphaël. “Sinds september komt de werkgroep wekelijks samen.” Om geld in te zamelen worden zelfklevers verkocht tijdens de feesten van collega-vinkenbonden.

 

 

Voor de eer

“Het prijzengeld is niet hoog”, vertelt Jan Hollevoet van Avibo. “De winnaar krijgt twintig euro. In onze sport draait het niet om het winnen van grote sommen geld, maar om de eer. Rijk zal je er niet van worden. Het moet een passie zijn. Mensen die hun vogels voor grof geld verkopen, proberen we te mijden.”

 

Door de strenge wetgeving zijn de vinkeniers bijna volledig aangewezen op gekweekte vinken. “Het vangen van vinken is sinds 1972 verboden”, licht Hollevoet toe. “Sinds 1974 is er een bevoorradingsregelgeving met inloopkooien voor vogels. Het is niet makkelijk om de vinken te kweken en het vraagt veel onderhoud. Gelukkig is de vinkensport niet ten dode opgeschreven. We tellen zo’n 10.000 leden.”

 

De vink

botvink2Lengte ca. 15 cm. Poten bruin.

  • Volwassen mannelijk exemplaar onderzijde wijnrood, buik wat lichter. Kruin en nek leiblauw, voorhoofd zwart. Rug donkerroodbruin. Vleugel met twee witte banden. Groenachtige stuit. Staart met witte rand.
  • Volwassen vrouwelijk exemplaar vleugel en staart bruiner; onderzijde lichtgrijsbruin; rug donkerder olijfgroen.
  • Jong als volwassen vrouwelijk exemplaar .

In de trektijd kleine of grote groepen van soortgenoten, soms bestaande uit één sekse. Zeer vaak met verwante kepen. Ook met andere zaadeters als groenling en geelgors, verder met piepers en leeuweriken.

In de winter kunnen vinken zich op de voedertafel agressief gedragen t.o.v. andere bezoekers.

Vlucht[bewerken]

Wit schild en witte band op vleugel. Veel wit in staart. Golvende vlucht.

Lokroep[bewerken]

Een herhaald en helder pink, ook wiet en tsjwit. In vlucht en tijdens de trek een zacht tjuub-tjuub.

Zang[bewerken]

Heftig, melodieus “tsitsitsitsitsitsitsi-tjoe-ie-ò”. De zang is te horen van februari tot in september. Het liedje duurt maximaal 5 seconden en wordt makkelijk 10 keer per minuut herhaald. In Vlaanderen wordt het liedje ook wel “suskewiet” genoemd (en de vink ook).